Botsen kunnen we wel
Wij kermiskinderen aan de Leij
Gezien door het land
Vooral op Roze Maandag
Vieren we dat we zijn
Wie we zijn: hupsakee en meer
Zingen kunnen we niet
Over de stadsmuren heen
Ook al blèren we nog zo hard
Kermiskinderen blijven we
Een, twee, drie, vier, vijf
En dan komen wíj, botsend en wel
Zes