Geplaatst

De dader

De beelden van Koninginnedag 2009 zullen nog lang door ons hoofd spoken: door het beeldscherm scheurt een zwarte auto, zoals er wellicht ook af en toe een door uw straat scheurt. Mensen vliegen door de lucht, kinderen huilen, slachtoffers kermen van de pijn.

Het waren beklemmende uren tot de persconferentie, later die dag. Ik beken eerlijk dat ik gedacht heb: Lieve Heer, laat de dader geen moslim zijn. Want dan hebben we in Nederland de poppen aan het dansen. Dan wordt Geert Wilders onze volgende minister-president. En moet ik toch nog naar Luxemburg emigreren.

Tijdens de persconferentie kwam het verlossende woord: de dader is een autochtone Nederlander. Maar wat nu? Wij weten weinig over hem, en dat steekt. Wij horen iets over zijn haar, maar wij willen zijn ziel zien en niet zijn haar. Wij zouden willen weten wat hem heeft bewogen. Hij was boos, maar waarover en op wie? Was hij misschien een ‘buitenstaander’? ‘Buitenstaanders willen winnaars volgen, hebben een kort lontje en zoeken snelle bevrediging. Ze hebben geen beeld van een betere wereld, maar kennen alleen een slechte wereld. Ze zijn ongelukkig met zichzelf en met de wereld, en ze hebben geen hogere zingeving’, aldus een socioloog. Een op de vijf Nederlanders is zo’n buitenstaander. Zou de dader er ook een geweest zijn?

Voorlopig, en misschien wel altijd, weten we alleen wat hij niet was. Hij was geen moslimterrorist. En daarom zag niemand een dader in hem. ‘We hebben ons zo blind gestaard op de man met de baard, dat we de echte dader niet meer konden zien’, schreef Kader Abdolah op 4 mei in de Volkskrant. Wat is er met ons gebeurd dat we allemaal vermoedden of vreesden dat de dader een allochtone man met een baard zou zijn? Zijn wij misschien zelf daders geworden?

 

Peter Nissen

Reacties

Eén reactie op “De dader”

  1.  avatar
    Anoniem

    " Gelukkig, het was geen moslimterrorist. En daarom zag niemand een dader in hem."
    Wat een ongelukkige uitspraak. En m.i zo onwaar.

    Waarom zagen wij geen dader in Karst? Omdat wij het te druk hadden om mee te reizen in de 'TGV' van de welvaart.
    Zonder ons ervan bewust te zijn wat deze maatschappij met ons doet. Dat het haast onmenselijk is wat deze maatschappij van ons vraagt. In een maatschappij waar simpele gouden regels van het leven niet meer gelden: "goedemorgen, hoe gaat het", zeg ik tegen mijn buurman, die net als ik de auto invliegt om te gaan werken, zonder zijn antwoord op mijn vraag af te wachten. Ik heb maar 1 doel voor ogen: werken zodat ik op het einde van de maand weer de benodigde munten op mijn rekening krijg gestort om de torenhoge rekeningen van ziekenfonds en levensonderhoud te betalen en om dit jaar toch weer op vakantie te kunnen.

    Afspraak is afspraak, maar wie doet dat nou nog? Ik verbaas me erover dat als je echt je afspraak nakomt, dat mensen je dan aankijken met een blik alsof je een alien bent, met de woorden uitsprekend: "Goh, dat had ik niet verwacht, ik heb je plek al vergeven aan een ander omdat bijna niemand zich aan de afspraak houdt."

    Wij hadden geen oog voor de mens die Karst heette, hij was zo stil, maar kon goed toneelspelen: niemand zag hoe hij de maatschappij niet meer aankon en tot deze verschrikkelijke, onbegrijpelijke en onvergeeflijke daad kwam.
    Wij zagen hem niet, ……..wij wilden meer, meer, meer, meer,………

    Misschien hadden we liever gehad dat het een moslimterrorist geweest was, dan was het eenvoudiger geweest, dan hadden we met de vinger kunnen wijzen.
    Maar nu,…..? Nu kunnen we het niet verklaren. Nu kunnen we niet generaliseren, nu moeten we gissen naar de reden waarom een mens tot zoiets gruwelijks komt. Want tja,…het was een Nederlander.