Het leek gisteren in wijkcentrum De Poorten wel een beetje op een parlementaire enquêtecommissie. Gon Mevis, Jan Hamming en Els Aarts. Lijsttrekkers van respectievelijk GroenLinks, PvdA en CDA, de drie partijen die in Tilburg zeer waarschijnlijk een coalitie gaan vormen. Ze stelden vragen aan mensen ‘uit de wetenschap en de Tilburgse praktijk’ en luisterden, terwijl ze zelf nauwelijks het woord voerden.
Doel was om te bespreken hoe het stadsbestuur de kritiek van de burger kan omzetten in een andere manier van denken en werken. “Minstens vijf actiepunten voor het nieuwe collegeprogramma moet deze discussiemiddag opleveren”, stelde Hamming van tevoren. Dat is gelukt. Wat niet lukte, was om veel belangstellenden te trekken; er waren misschien veertig mensen, terwijl er toch behoorlijk wat ruchtbaarheid aan de bijeenkomst was gegeven. En de mensen die er waren, komen voor een groot deel uit de Tilburgse politiek.
Met name vóór de pauze was er sprake van een interessante discussie. Aangeschoven waren toen Jan Jansen van de Udenhoutse dorpsraad, Bert Mulder van de wijkraad in de Reeshof en Wim van den Donk van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Mulder had zijn huiswerk goed gedaan: hij had bij verscheidene mensen in de Reeshof zijn oor te luister gelegd en vervolgens behoorlijk wat punten van kritiek genoteerd. “De mensen hebben het idee dat er in de Reeshof alleen maar huizen worden gebouwd. Terwijl ze het ook belangrijk vinden dat er bijvoorbeeld een tandarts in de wijk komt. Verder zeggen ze dat ze de wijkwethouder wel ’s willen zien. Intensiveer dat contact.” Andere wensen waren meer inspraak in commissievergaderingen, een herbezinning van de nieuwe gemeenteraad op de plannen voor de cityring en een verruiming van de openingstijden van wijkcentrum Heyhoef. “Eenzame ouderen kunnen in het weekeinde en gedurende drie weken in de zomervakantie nergens naartoe.” Ook stelde hij voor om bij de gemeente een aanspreekpunt (accountmanager) voor de winkeliers van winkelcentrum Heyhoef aan te stellen. Momenteel zou de gemeente voor hen een te complexe organisatie zijn.
Wat Mulder stoort, is dat de gemeente volgens hem dingen belooft die ze niet waarmaakt. Zo is er nog steeds geen begin gemaakt met de bouw van een winkelcentrum in Dalem, terwijl dat wel is toegezegd. “Er wordt bij de gemeente te weinig nagedacht over de berichten die ze de wereld in stuurt. Beloof geen dingen die je niet waarmaakt. En zeg wat je doet. Leg regelmatig verantwoording af, niet alleen in verkiezingstijd.”
“Niet iedereen in de Reeshof is ontevreden”, was de reactie van CDA-lijsttrekker Els Aarts. “Dat beeld wordt nu wel geschetst.”
“Als je goede afspraken maakt met burgers, hebben die achteraf niet het gevoel dat ze worden belazerd”, zei Van den Donk. “Maar ontevreden kiezers zijn af en toe ook verwende nesten.” Hij wees op het belang van burgers die initiatief tonen. “Dat is sociaal kapitaal, een enorme kracht in de samenleving die je moet gebruiken. Maar helemaal vanzelf gaat het niet. Soms moet je hen niet te veel ondersteunen, maar juist wat meer loslaten. Steeds wordt de vraag gesteld of burgers wel genoeg vertrouwen in de politiek hebben, maar je kunt je ook afvragen of de politiek wel genoeg vertrouwen in de burgers heeft.”
Vervolgens werd duidelijk dat de ene wijk de andere niet is: waar de burgers in de ene buurt staan te trappelen om allerlei dingen te organiseren, daar blijven ze elders op de bank hangen. “Ik moet ervoor waarschuwen dat niet iedereen en masse klaarstaat”, aldus een man in het publiek die bij een wijkcentrum in Tilburg-Zuid betrokken is.
Eén van de mensen uit het publiek begon over de cityring. “Ik vind het vervelend dat wij als burger daarover geen zeggenschap hebben.” Aarts constateerde dat het onderwerp ‘ontzettend leeft’ en zegde toe dat de gemeente ‘snel’ een bijeenkomst over dit onderwerp belegt. “Zodra de nieuwe coalitie aan de slag gaat.”
Na de pauze waren Pieter Tops (Universiteit van Tilburg), Willie van Eijs uit de Kruidenbuurt en jongerenwerker Clyde Pinas aan de beurt. Die laatste maakte duidelijk dat de gemeente iemand die jongeren aanspreekt, moet inzetten als ze deze groep probeert te bereiken. “Ze luisteren eerder naar Ali B. dan naar Gon Mevis. Verder moet je hen blijven prikkelen met dingen die bij hen leven, zoals muziek.” Pinas beklaagde zich ook over het ambtelijk jargon in communicatie-uitingen van de gemeente.
Werkelijk commitment bij bestuurders, daar draait het volgens Tops om en hij gaf als voorbeeld een idee voor een tennispark in een Haagse achterstandsbuurt. “Een groep bewoners had in één dag een plan uitgewerkt en op vrijdag bij de wethouder ingeleverd, die het in het weekeinde bestudeerde en maandag zijn ambtenaren aan het werk zette. Anderhalve maand later ging de schop de grond in.”
Na alles wat ze hadden gehoord, kregen de drie lijsttrekkers de gelegenheid om zich te bezinnen. Ze kwamen terug met vijf actiepunten:
– Direct persoonlijk contact. Meer ogen en oren in de stad. Bijvoorbeeld huismeesters kunnen hier een belangrijke rol in spelen. Als het aan Hamming ligt, bellen ze vaker bij mensen thuis aan om erachter te komen wat er in een buurt leeft.
– Premie op actie.
– Mandatering van mensen in de frontlinie, dus bijvoorbeeld een wijkraad meer bevoegdheden geven die nu nog bij de gemeente horen.
– Meer vormen van communicatie inzetten, dus niet alleen op huisbezoek gaan, maar ook via internet en televisie de burger proberen te bereiken.
– Meer denken op buurtniveau en minder op gebiedsniveau.
Het publiek gaf tot slot ook nog een paar tips, zoals: ontwikkel zo min mogelijk nieuw beleid, kopieer modellen die al functioneren en gebruik eenvoudige taal.
Hamming zei dat hij zeer veel van de bijeenkomst had geleerd. “Hopelijk vormt deze de start van een serie.”
foto door Marcel Mutsaers: Jan Hamming tijdens het lijsttrekkersdebat bij het milieucafé in Paradox.
Reacties
Eén reactie op “De beoogde coalitie luistert”
Veel beloven weinig geven doet den gek in vreugde leven.