Geplaatst

HERMAN GORTER SPOORT TILBUGSE POLITICI AAN

Soms ontmoeten politiek en literatuur elkaar en komt het tot een poëtische onenightstand of meer. De Nederlandse literatuur kent een periode waarin de dichtkunst hevig flirtte met ideologie en politiek. Die begon aan het eind van de negentiende eeuw en ging door tot de Eerste Wereldoorlog. De verliefdheid was dus serieus en hield stand. Dat was het geval bij Herman Gorter die een overtuigd communist werd, en ook bij Henriëtte Roland Holst die het socialisme aanhing.

Voordat Gorter zich op het marxisme richtte, schreef hij de Mei, een lange liefdesverklaring aan het adres van zijn verloofde Wies Koopmans. Dit lyrische gedicht wordt gezien als een hoogtepunt in de Nederlandse poëzie.

Ook in Tilburg deed zich op 28 februari in Café Het Vaticaan een bijzondere flirt voor tussen poëzie en (linkse) politiek. Dichter en oud-journalist Jac. van de Ven droeg een gedicht voor waarin hij zijn verwachtingen uitspreekt wat betreft de Tilburgse politiek na de verkiezingen van 3 maart. Dat deed hij op uitnodiging van de politieke partij Groen Links waarvan Marjo Frenk lijsttrekker is.

Omdat het bijzonder is dat in Tilburg een dichter zich laat inspireren door de plaatselijke politiek en Van de Ven aanhaakt bij de Mei van Herman Gorter, geef ik u graag de kans kennis te nemen van dit gedicht. Het volgt hieronder – met toestemming van de dichter -.    


Verkiezingsrijm op ‘Mei’ van Gorter

Wie kent ze niet de beroemde beginregels van het gedicht ‘Mei’ van Gorter:  

Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,
Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht,
In een oud stadje, langs de watergracht —
In huis was ’t donker, maar de stille straat
Vergaarde schemer, aan de lucht blonk laat
Nog licht, er viel een gouden blanke schijn
Over de gevels van mijn raamkozijn. 
(en zo verder) 

Voor de gelegenheid heb ik het gedicht eventjes wat ‘vertilburgst’.

Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
Ik wil dat het afkeurende gefluit,
Dat ik vaak hoorde voor de politiek
In Tilburg -want die was behoorlijk ziek-
Nu ophoudt en verkozenen hun pas
Vergaarde status, ofschoon groen als gras,
Naar waarde in gaan vullen en oprecht
En eerlijk staan in’t politiek gevecht.
Dat er een gouden dauw valt op de raad
Die alles fris en ongeschonden laat.
De jonge honden van de politiek
Nemen zich vóór de vuurproef der kritiek
Altijd met een gerust hart aan te gaan
En hopelijk met verve te doorstaan
Zoals sprookjesprinsesjes, onbewust
Van eigen schoonheid en van geile lust.
En menig burger lang het kiften moe
Gaat eindelijk weer naar de raadzaal toe
Hij lacht en zegt na het hoogstaand debat
We zijn niet zomaar een provinciestad. 
Zo wil ik dat de politiek hier wordt
Een niet te flauwe maar wel faire sport
Met minder wethouders maar met meer flinks
En hopelijk een meerderheid van links
Zodat dat nieuw geluid levendig klinkt
En niet uit angst voor het verschiet verzinkt
En Tilburg naar de rand des afgronds leidt
Zodat het diep zal vallen mettertijd
Dat mag niet, nooit, wat ik dus aanbeveel
Een groene voor de stad van blauw en geel
Mijn stem dat democratische geschenk
Gaat dit keer absoluut naar Marjo Frenk. 

© 2010 JACE van de Ven 

Alle berichten van deze auteur