Onderstaande tekst is afkomstig van journalist Toine van Corven.
LST WAT DOE JE ERMEE
De VVD-burgemeester slaat met veel aplomb met de voorzittershamer en houdt de raadsleden strak. Iedereen ‘gedraagt’ zich. Moeten wij daar in Tilburg blij mee zijn? Van een initiatiefnemer van een keurig manifest dat oproept tot meer fatsoen binnen en buiten de (Tilburgse) raadszaal zou je hierop ‘ja’ verwachten. Het ligt toch iets genuanceerder.
Herman van Veen, zo niet het grootste ei dan toch een van de zachtaardigste mannen van Nederland, kreeg onlangs een lading hatemails over zich heen toen hij zich met een ongelukkige Wilders-NSB-vergelijking voor een keer mengde in het politieke debat. In Tilburg brengt het manifest ‘vanbeunaarbeter.nl’, dat eerder te keurig dan opruiend oproept tot normaal fatsoenlijk gedrag, hier en daar onwaarschijnlijk negatieve reacties teweeg. Waarom?
De Tilburgse politicus Hans Smolders (LST) beschouwt het manifest, een intussen zeer breed gesteund initiatief van redactie en bezoekers van Café Carré Zaal 16, als een gerichte aanval tegen hem en zijn populistische beweging. In (zie verderop) een rabiaat persbericht dat hij op 4 november per e-mail deed uitgaan, heeft hij het over een ‘achterbakse haatcampagne’. Andere criticasters plaatsen de initiatiefnemers in de hoek van moraalridders en fatsoensrakkers.
Om het bij mezelf te houden en met dat laatste te beginnen: noch als fatsoensrakker, noch als moraalridder voel ik mij aangesproken. Ik wil geen brave gemeenteraad, net zo min als enige censuur op internetfora. Privé niet en als journalist al helemaal niet. Er mag van mij juist méér en pittiger gediscussieerd worden. Door alles in raadscommissies op voorhand helemaal dicht te polderen en af te kaarten, wordt in de raad nauwelijks inhoudelijk gediscussieerd en daarom vind ik aan die vergaderingen doorgaans geen zak aan. Maar moet je, waar de verhoudingen al duidelijk zijn, elkaar als raadsleden en bestuurders dan maar verdacht gaan maken en beschimpen of trachten punten te scoren? Over die breed gesignaleerde verloedering (ook buiten Tilburg) zeggen wij iets in het manifest.
Anarchie – ik ben bijna 56 – gaat mij tegenwoordig iets te ver, maar méér politiek en buitenparlementair vuurwerk? Graag! Een fatsoensrakker? Ik? Militair actieverleden in de jaren zeventig; journalistieke carrière; humanitaire activiteiten in Afrika; twee echtscheidingen; alleenstaand vaderschap; PR-campagnes waaronder de Gouden Keien; (onbezoldigd) redacteurschap bij Café Carré. Google me maar, Lexisnexis me maar. Zoek het allemaal maar uit.
Het wordt tijd voor meer inhoud en dan spreek ik ook namens de andere redactieleden van Café Carré. Op vanbeunaarbeter.nl is het punt nu wel gemaakt, vinden wij. Oogst: een lange rij bezorgde meningen in een vorm die volgens meerdere ondertekenaars landelijk navolging verdient. In het eerstvolgende Café Carré (29 november) gaat het (weer) over de vraag waar cultuur, behalve dat het heel leuk is, verder goed voor is. Liefst praten we daarover met Hans Smolders erbij. We hebben hem uitgenodigd. Maar hij komt niet.
Nu naar Smolders’ rabiate persbericht. Daarin heeft hij het eerst over ‘die vreselijke Vreeman’ en somt hij vervolgens een rijtje hem bekende namen op van mensen die ‘vanbeunaarbeter’ hebben onderschreven. Eerst valt hij enkele mensen persoonlijk aan, om vervolgens de complete groep (waaronder drie oud-CDA-wethouders, maar ook mensen als muzikant/componist Tom America, de voorzitter van de Marokkaanse Stichting Tilburg (MAST) Mohammadi Laghzaoui, alle stadsdichters tot nu toe, de schrijver over volkscultuur Paul Spapens, kunstenaars, fotografen, raadsleden van diverse signatuur, en ook mijn persoontje) zwart te maken. Smolders: ‘Leuk gezelschap zullen we maar zeggen’.
Wij zouden het ‘zo vlak voor de verkiezingen’ met zijn allen op Smolders hebben gemunt. ‘Haat, feitelijke onjuistheden, stemmingmakerij en zwartmakerij’, bespeurt hij. En wie zijn wij met zijn allen dan wel? ‘Een klein groepje innercircle van het establishment in de stad dat er alle belang bij heeft dat bepaalde mensen bevoordeeld blijven en dat bedreigd zien door Smolders’. Wie dan precies? ‘Mensen die via hun bedrijven flinke omzetten binnenslepen of al hebben binnengesleept; gesubsidieerd werkschuw volk met een uitkering dat in de jaren 70 is blijven hangen; zogenaamde kunstenaars die niet willen werken en zich dan maar kunstenaar noemen; adviesbureautjes die bijvoorbeeld alles regelen voor een horecaondernemer of bouwbedrijf en bevriend zijn met Vreeman cs waardoor voor hun klanten alles zo geregeld is en heel makkelijk gaat – ze zijn duur maar resultaat gegarandeerd – dat is anders voor adviesbureautjes die niet bevriend zijn met Vreeman cs want daarvoor is zakendoen met de gemeente een ramp; politieke partijen die Lijst Smolders liever zien gaan als komen’. Was getekend, Hans Smolders.
Tja, wat moet je daar nou mee als journalist, of als iemand die als werkschuw volk, haatzaaier, zogenaamde kunstenaar of vriendjespoliticus wordt weggezet? Je zou kunnen zeggen dat Smolders zich hiermee grandioos diskwalificeert. Dus laat maar gaan. Of niet? De meningen zijn verdeeld. Er zijn mensen die erom lachen (niet veel), anderen voelen zich zwaar geraakt. Zij willen Smolders het liefst aanpakken, ook al vanwege de foto’s die hij, alsof het hier om gezochte misdadigers gaat, met de e-mail aan de pers (en god weet aan wie nog meer) heeft meegestuurd.
LST wat moet je ermee? Enerzijds klaagt Hans Smolders (net als Wilders) dat hij slachtoffer is van demonisering (terwijl juist Smolders gerespecteerde Tilburgers van haatzaaierij beschuldigt en – en passant – Ruud Vreeman van corruptie! Anderzijds schrijft het LST-raadslid Peter van den Hoven op een internetforum aan wie kritiek durft te hebben op de LST: ‘Ga vooral zo door want wij denken garen te spinnen bij de huidige hetze tegen onze partij’. Slachtoffer en spekkoper tegelijk dus. Natuurlijk is er geen sprake van een hetze, maar dat de LST garen zou kunnen spinnen bij welke aandacht dan ook, schat ik met Van den Hoven óók zo in. Of Smolders moet zich dusdanig ernstig diskwalificeren dat het wel héél erg vreemd zou zijn als dat tot electoraal gewin zou leiden. Wel nu, zo ernstig diskwalificeert Smolders zich in mijn ogen intussen wel degelijk! Dus waarom hem daarop niet van repliek dienen?
Waarom heeft geen enkel Brabants persorgaan (behalve Stadsnieuws) iets met zijn rabiate persbericht gedaan, kun je je afvragen. Het besluit er niet over te publiceren is wel degelijk een redactionele keuze, met consequenties die de moeite waard zijn te analyseren. Een poging. Tegenstanders van Smolders kunnen zeggen: ‘Heel goed. Nu weet de pers ten minste wat er werkelijk schuilgaat achter die partij. Het persbericht is afgelegd en voortaan nemen journalisten Smolders niet meer serieus’. Zo zal het niet gaan, vrees ik – de volgende keer haalt hij weer fluitend de krant. Het verstandige deel van de LST-aanhang, zo kan ik mij voorstellen, is opgelucht dat de inhoud van het persbericht tot nu toe niet (laat staan voorzien van commentaar) naar buiten is gekomen. Hoewel.. misschien is die ‘verstandige aanhang’ electoraal gezien helemaal niet zo verstandig. Misschien kun je maar beter domme dingen roepen als je stemmen wilt trekken tegenwoordig, althans zo lijkt het wel. De domme aanhang, inclusief Hans Smolders zelf – want waarom stuurt hij anders een persbericht rond? – zal teleurgesteld zijn dat Smolders’ wijze woorden (zoals: ‘Vreeman is een leugenaar’ en de rest een stelletje ‘onbekwame navelstaarders’) in eerste instantie aan het volk voorbijgingen.
Nog een keer: wat moet je ermee? Duiken? Negeren? Rustig reageren? Serieus blijven nemen en uitnodigen voor debat? Of beter met feiten zijn ‘omdraaistrategie’ doorprikken: Niet ik, Hans Smolders, ben corrupt, maar Ruud Vreeman! Niet ik, Hans Smolders, gooi met modder, wel nee, dat doen die jongens van vanbeunaarbeter en Herman van Veen. Wat moet je met zo’n man? Zeg het maar.
Ik, die kennelijk ook tot die vermaledijde ‘innercircle’ behoor die ‘achterbaks een haatcampagn’ zou voeren, wil eerst iets anders zeggen. Als journalist heb ik Hans Smolders verschillende keren meegemaakt. Ik ben bij hem en zijn aardige vrouw thuis geweest en heb meerdere verhalen over hem geschreven, onder meer in Trouw. Het ging toen geregeld over rechtszaken tegen hem, waarbij ik toen het om schending van vertrouwelijkheid ging, zijn advocaat mr. Milo (de gemeente Tilburg had de zaak regeltechnisch bijzonder slecht op orde) uitvoerig aan het woord liet. Daarover waren de heren uiteraard zeer te spreken. Maar ook herinner ik mij dat ik in die tijd berichtte over een e-mail actie waarin Hans Smolders een fotoshop van Femke Halsema (GroenLinks) had rondgestuurd. Femke wijdbeens, met een bos schaamhaar als een regenwoud, overladen met strontvliegen. Ook dát publiceerde ik in Trouw, geschoond door de eindredacteur weliswaar, want die vond de tekst (‘wijdbeens’) iets te plastisch en de schunnige afbeelding wilde Trouw haar lezers op de vroege morgen al helemáál niet aandoen.
‘Weerzinwekkend’, klonken de reacties richting Smolders. En dat waren heus niet enkel moraalridders of fatsoensrakkers. Grapje, moet kunnen, vond Smolders en dat vindt hij waarschijnlijk nog steeds. Van excuses is nooit iets vernomen. En zo gaat het nog altijd. En hij komt er gewoon mee weg. Zoals met zijn aantijging dat Ruud Vreeman, nota bene in een hot politiek dossier (de Mall), steekpenningen zou hebben gevraagd. Te gek voor woorden. En niemand in Tilburg die hem terugfluit op dit punt! Ik weet het goed met Smolders gemaakt: als hij het harde bewijs levert dat Vreeman inderdaad om steekpenningen heeft verzocht, stort ik onmiddellijk 10.000 euro in de LST-partijkas en bied ik mij gratis aan als zijn PR- en communicatie-adviseur.
Is het naïviteit van Hans Smolders om een schandalige fotoshop van Femke Halsema naar de pers te sturen? Net zo naïef als zijn rabiate persbericht van 4 november? Of is hier sprake van iets structureels? Zou de LST niet gewoon respectloos zijn, boos (of boosheid veinzen) en – zeker waar het cultuur betreft – zeer kortzichtig? Is de partij in feite niet inhoudsloos, onder andere gelet op de belachelijke website? Die is immers vrijwel uitsluitend gevuld met krantenknipsels en radiofragmenten, voorafgegaan door weer zo’n weergaloos statement van Hans Smolders: ‘Ik zal nooit een politicus worden en wil er zelfs nog niet een beetje op lijken’.
Wat moet je nou als journalist als je weer eens een persbericht van hem krijgt, of wat moet je als je een ‘zogenaamde kunstenaar’ wordt genoemd, of als je hard werkt en je wordt ingedeeld in de categorie ‘werkschuw volk’? Telkens de boel maar de boel laten, in de trant van: ach, het is Smolders maar die het zegt, zo is hij nu eenmaal; foutje, moet kunnen? Nee, vind ik zo langzamerhand. Wat er nu lijkt te gebeuren is dat wat Smolders mogelijk kan schaden op een of andere manier vergoelijkt wordt, althans terzijde wordt gelegd als zijnde ‘geen nieuws’, of uit bronbescherming, of ter bescherming van de persoon, of weet ik veel waarom. Terwijl waar Smolders garen spint, hij wél serieus (in de kolommen) wordt (op)genomen.
Het is niet voor het eerst dat hij zich richting pers en tegenover fatsoenlijke mensen volledig vergaloppeert. En telkens komt hij er mee weg. Als hij straks wethouder is nóg. Ongelooflijk gewoon. Grapje, zegt hij dan. Net Berlusconi. Misschien rookt die binnenkort wel een zware pijp, maar intussen blijft hij wel razend populair bij het volk. Zeker als journalist mag je hierover niet zwijgen.
Toine van Corven
freelance journalist