OORLOG

Het gaat ineens hard met de ontmanteling van het oude SIO-gebouw aan de St. Josephstraat.  De aanbouw, die altijd al met de villa detoneerde, is reeds geruime tijd gesloopt.
Ook het gymlokaal, waar ik begin jaren tachtig als een motorisch gestoorde walrus in menige gymles heb mee gehobbeld, heeft er eindelijk aan moeten geloven. Dit gebouw, grenzend aan het schoolterrein, was vorige week al een holle krater, en inmiddels herinnert niets nog aan het gymlokaal dat er ooit stond.
Gymlokalen roepen bij mij sowieso weinig aangename herinneringen op, maar ik heb dit specifieke lokaal altijd met oorlog en grimmigheid geassocieerd. Onder anderen vanwege de traditionele confrontaties met jongens van een andere school, die na ons het lokaal moesten gebruiken. Zodra wij buiten kwamen, stuitten wij op zo’n wachtende klas, en barstte er prompt van beide zijden een scheldkanonnade los, die aanhield tot wij door het poortje waren gelopen, dat ons naar ons eigen schoolterrein bracht.
Vreemde scholen waren blijkbaar gelijk aan rivaliserende gangs.
Dit was echter niks vergeleken met een van de conciërges van dit gebouw. Eentje was wel aardig, maar de andere was een klassieke kinderhater, die elke gelegenheid aangreep om dit te laten blijken. Zo had hij de gewoonte om na afloop de kleedkamer binnen te lopen, en te kankeren over het tempo van omkleden. Ook stond hij ons na de gymles geregeld op te wachten naast een open WC-deur, waaruit een dampende geur opsteeg. Luidkeels vroeg hij dan wie er weer had zitten schijten zonder door te trekken. Maar volgens ons was er echt niemand tijdens de les naar de WC geweest.
Na de laatste gymles hebben wij afscheid van de conciërge genomen door, toen we eenmaal het poortje gepasseerd waren, heel hard ‘ouwe lul’, ‘ouwe zakko’, en ‘ouwe zakkenwasser’ te roepen. Woedend kwam hij door het poortje heen gerend, roepend dat hij ons nog wel zou krijgen. Maar wij waren toen al meters verder, op ons eigen schoolterrein waar hij niks te zoeken had.
De betrekkelijkheid van zijn positie bleek daaruit al. En de sloop van zijn bolwerkje heeft sinds kort zijn allerlaatste sporen uitgewist.