Groen Links – de naam zegt het al – zet zich in voor het groen in onze directe woonomgeving. Maar blijven ze daarbij niet te netjes en ‘fatsoenlijk’? Die vraag stelde ik in een reactie op het stukje ‘Bomen over bomen’.
"Over sommige zaken worden we het blijkbaar nooit eens", zo was daarop de reactie. En daarmee was de discussie beëindigd? Laat ik een paar zaken hier dan nog maar eens concreter benoemen.
We kunnen ons straks waarschijnlijk weer opwinden over de kap van de oudste boom in de Hasselt, het uitwissen van de groene herinneringen aan boerderij ‘de Mortel’ in Udenhout en de sloop van nog meer karakteristiek groen in Jeruzalem. Maar hoe zinnig is het bomen over die bomen? Wat iedere keer weer blijkt is dat nergens ooit geregistreerd is dat er telkens sprake is van cultuurhistorisch waardevol groen en monumentale bomen. En dat is toch buitengewoon vreemd als je bedenkt dat in 1991 al tegen de gemeenteraad werd gezegd dat alle monumentale bomen in Tilburg geïnventariseerd waren en dat dus op aanbiedingen van Henk Kuiper niet hoefde te worden ingegaan. Daarbij werd dan op het gemeentehuis ook nog het verhaal verteld dat ik "schizofreen" zou zijn en zelfs een door mij geschreven Utrechts bomenboek verzonnen had om nog serieus genomen te worden ook. Nog gekker wordt het als je bedenkt wat ik daarna allemaal nog heb geprobeerd en hoe daarop is gereageerd! Via het CWI werd in 2002 uiteindelijk geregeld dat ik met een bijzondere subsidieregeling bij de gemeente geplaatst zou worden om zo te verrichten inventarisatiewerk ook daadwerkelijk te realiseren. De gemeente kreeg dus mij met alle bruikbare kennis voor ‘Ecologische Kaart’, ‘Groenstructuurplan’ en ‘Lijst Monumentale Bomen’ op een presenteerblaadje aangeboden. Alles was geregeld. Maar de gemeente weigerde toen ze op andere afdelingen begrepen om wie het precies ging!! Via de betreffende regeling was iedereen bij de gemeente welkom, maar ten aanzien van Henk Kuiper was er een ander werkgelegenheidsbeleid. De gemeente wilde bepaalde kennis en gegevens juist beslist niet.
Men betaalde liever dure bureaus voor foponderzoek strokend met al vastgestelde bouwplannen, zo merkte ik later bij Stichting Stadsbomen. En daar had men vervolgens maar te accepteren dat Henk Kuiper toch echt niet serieus genomen kon worden, dat zijn werk zogenaamd allemaal nog eens door de gemeente moest worden overgedaan, dat de meeste geïnventariseerde bomen gewoon weer werden afgevoerd, laat staan dat het werk kon worden voortgezet of aangevuld met andere opdrachten. Vanwege mijn zogenaamde wanprestatie van teveel geregistreerde bomen werd door de gemeente ook niets aan Stichting Stadsbomen betaald. Eerst moest Henk Kuiper daar weg, anders werd ook Stichting Stadsbomen niet meer serieus genomen, zo niet heel ‘Duurzaam Tilburg’. Als volkomen logisch en vanzelfsprekend dienden ze zelfs te accepteren dat namens Stichting Stadsbomen Henk Kuiper toch echt niet plaats kon nemen in de Adviescommissie Stedelijk Groen. Zó vanzelfsprekend dat vanzelfsprekend ook na expliciete vragen daar nooit een reden of verklaring voor gegeven werd.
En wat betitelen we dan rondom groen als "fatsoenlijk" en "onfatsoenlijk"? Ik heb het een en ander van nabij mogen meemaken en kan moeilijk anders concluderen dan dat op veel dieper en fundamenteler niveau onfatsoenlijke dingen gebeuren. In de nota ‘Tilburg boomT’ was bijna zwart op wit op papier zelfs vastgelegd dat bomen die nog herinneren aan oude boerderijen, oude wegen, waterlopen, kloosters enzovoort géén cultuurhistorische waarde hebben!
Middels een motie moest de Raad afdwingen dat nog levende herinneringen aan vroegere cultuur en vroegere historie in de nota werden beschouwd als wél van cultuurhistorische waarde. Maar gaat de zogenaamde ‘Gemeentelijke Lijst Monumentale Bomen’ dan nu in de prullenbak, wordt er nu dan eindelijk serieus geïnventariseerd voor een echte en volledige inventarisatie en registratie van Tilburgs nog levende verleden? Er gebeurt gewoon helemaal niets. En dus heeft het weinig zin meer om te blijven bomen over telkens weer afzonderlijke bomen, afzonderlijke gevallen en afzonderlijke beleidsonderdelen. Het is tijd voor veel fundamentelere vragen. Allereerst de vraag hoe lang raadsleden het blijven accepteren dat ze jaar in jaar uit gewoon voor de gek worden gehouden.