Geplaatst

MANNETJE (2)

Het mannetje stond in de hal van het centraal station wat verdoken achter de informatiebalie, in onbestemde richting naar buiten turend.
Het was zondag en de avond was nog net niet gevallen. Het mannetje nipte aan een bekertje koffie. Hij droeg zoals altijd een combinatie van een te wijd, donker colbertje en een grijze pantalon. Zijn stropdas oogde even breed als altijd en zijn laagliggende scheiding was even kaarsrecht als altijd, en op onverklaarbare wijze tegen alle ongure elementen bestand.
De dag moest met een hiaat begonnen zijn. De bibliotheek was immers dicht op zondag, zodat het dagelijkse kranten-uitspel-ritueel afviel.
Aan gene zijde van het raam waarachter hij zich bevond, stond zijn fiets. Al koffiedrinkend bewaakte hij het rijwiel. Over het zadel was een plastic zakje getrokken voor het geval dat.
Niemand leek echter een diefstalobject in zijn rijwiel te zien. Drommen van mensen, die allemaal lichtjaren jonger dan het mannetje waren, liepen het mannetje en de fiets voorbij, zonder op of om te kijken.
Het mannetje leegde zijn koffiebekertje, kwam naar buiten, en drentelde nog wat bij zijn fiets rond. Hij keek af en toe een passerend meisje na, al was zijn blik niet begerig of droevig te noemen. Het nakijken leek meer een reflex uit de tijd dat zoiets nog tot een resultaat kon leiden.
Ineens liet hij zijn rijwiel onbeheerd achter. Deze gewaagde expeditie bleek van korte duur. Het was een tochtje naar Smullers voor een bamihapje. Tijdens zijn aanwezigheid had geen sterveling naar het onbewaakte stalen ros omgekeken. Zoals wel te verwachten viel.
Met kleine hapjes peuzelde hij zijn bamischijfje op. Wellicht was dit zijn avondeten; met zijn tengere gestalte gaf hij niet de indruk een groot eter te zijn.
Hij was in de levendige omgeving van het station zeer onder de mensen, zonder er daadwerkelijk deel van uit te maken.     
Uiteindelijk deed hij zijn fiets van het slot en reed hij maar weer eens verder. Als twee onopgemerkte kameraden, die alleen nog elkaar hadden, staken zijn fiets en hij de Spoorlaan over. Samen gingen ze een lange, en vermoedelijk zeer lege zondagavond tegemoet.