Vorig jaar november bracht ik mijn vijftiende dichtbundel op rij uit. Met vijftien jaarlijkse dichtbundels op rij was ik tamelijk uniek in mijn soort, zo leerde een keertje Googlen. Maar er zijn jaarlijkse bundelaars die aan Google ontkomen.
Het is ooit spontaan begonnen, die jaarlijkse bundel. Toen ik in 1991 mijn eersteling uitbracht wist ik nog niet dat het een jaarlijks ritueel zou worden. Vanaf ´93 kwam er een jaarlijkse presentatie bij. En het is een goede formule gebleken, want het aantal mensen dat èn meerdere malen zo’n bundelpresentatie bezocht heeft èn meerdere bundels heeft aangeschaft is behoorlijk groot.
Navolging heeft deze succesformule echter nooit gehad. Het is ook niet niks om elk jaar genoeg lezenswaardigs bijeen te krijgen om te bundelen. Bovendien zit ik niet in Amsterdam. Als ik daar had geprobeerd om zoiets van de grond te krijgen zouden bij de eerste bescheiden succesjes die ik met zo’n jaarlijks ritueel boekte (zes bezoekers meer dan het vorige jaar in het buurthuis te Amsterdam Zuid-oost alwaar ik een krappe zolderkamer bewoonde in de hoop op betere tijden) binnen de kortste keren zeven of acht bijgoochems opgestaan zijn die dat ook waren gaan doen. En een van die bijgoochems kwam dan in dezelfde loserskroeg als een of andere Volkskrantredacteur, die hem publiekelijk zou lanceren als de uitvinder van de jaarlijkse bundelpresentatie. Waarna ik er achteraan kon komen met een ingezonden brief waarin ik de uitvinding claimde.
Gelukkig heb ik deze formule in de Tilburgse luwte kunnen ontwikkelen waardoor het ongestoord en ongehinderd door armetierige ideeënkapers tot volle wasdom heeft kunnen komen. Na vijftien bundels en dertien presentaties mogen wij spreken over een puur Tilburgse traditie waarvan ik onomstotelijk de grondlegger ben. En geen bijdehante randstedeling die er nog mee aan de haal kan gaan. Al zullen ze het ongetwijfeld ooit nog proberen als ze er lucht van krijgen. Half slammend Nederland smijt nu immers ook met de term ‘Stand Up Poetry’ terwijl ik die term als eerste in Nederland al gebruikte toen de meeste slammers nog hun eerste peuk achter de fietsenstalling moesten roken. Maar daar hebben we het al eens over gehad.
De jaarlijkse bundel is echter helemaal van mij, zo wees Google uit. Bij zoektermen als ‘jaarlijkse bundel’ en ‘jaarlijkse dichtbundel’ kwamen alleen treffers over mij boven drijven. En over de jaarlijkse dichtwedstrijd ‘Doe Maar Dicht Maar’. Doch dat zijn bundelingen van inzendingen van scholieren. En ik klaar de klus in mijn eentje. Ik leek waarlijk het monopolie te hebben binnen ons taalgebied.
Onlangs maakte iemand mij echter attent op Harrie Wanders, die ook al enkele jaren op rij een bundel uit zou geven. Ik Googlede hem en jawel, het was waar.
Sinds 2003 waren reeds verschenen ‘Doe jij het licht uit?’, ‘Totdat haar wereld in de mist verdween’, ‘Buitelingen in het luchtledige’ en’, januari van dit jaar uitgekomen, ‘In glas gevangen’.
Dat waren er nog elf minder dan ik en zolang ik jaarlijkse bundels uit blijf geven haalt hij me nooit in, allemaal waar. Bovendien is Harrie, hoewel goed geconserveerd, enkele jaren ouder dan ik dus hij zal over een zeer lange adem moeten beschikken, temeer daar ik een behoorlijk flierefluitende free lancer ben die niet zoveel lijdt. En Harrie zit in het arbeidsproces en doet de schrijverij erbij, zo maak ik uit zijn site op.
Vooralsnog geen reden tot paniek dus. Maar de aantasting van mijn monopoliepositie werd toch wel voelbaar toen ik het las. Toen ik verder las nam dat gevoel echter allengs af.
Harrie noemt zijn gedichten geen gedichten omdat hij die betiteling ’te literair’ vindt. Hij betitelt zijn teksten liever als ‘flarden van gevoel en gedachten’. Na lezing van enkele van zijn flarden kan ik daar ook heel goed in komen.
Harrie is dus de Godfather van de jaarlijkse flardenbundel en ik blijf gewoon de Godfather van de jaarlijkse dichtbundel. Verdeel en heers noemen ze dat. Nou die slammers nog.
Reacties
Eén reactie op “Flarden”
hey
via google kom ik terecht op dit stukje over mij en vind het leuk wat je schrijft dank je wel
en inderdaad ben ik een flardenschrijver… en ik doe niet aan wedstrijden wie het meest uitgeeft ik geef gewoon uit omdat de vraag er heel duidelijk naar is..
en dank je wel voor deze colum
liefs
harry wanders http://www.flarden.nl
psje mijn naam is niet harrie wanders maar harry wanders