Ik kan
Kamelen
Uw lucht
Niet velen
dichtte Jan Hanlo in 1947, enkele maanden voordat hij werd gecastreerd, ‘vanwege homoseksuele en pedoseksuele gevoelens’.
Die ingreep vond overigens plaats in de psychiatrische inrichting Sint-Willibrordusstichting voor mannelijke zenuw- en zielszieken in Heiloo, een lieflijk plaatsje net onder Alkmaar. Maar dit ter zijde, onthoud vooral ‘castratie’ (mijn eerste cliffhanger – nee, mijn tweede, ‘kamelen’ was de eerste). Daar kom ik namelijk zo dadelijk op terug, in een andere context, een die beter past bij het onderwerp van deze column: film, tv en dvd. Eerst iets anders.
Hanlo had nog nooit een kameel in levende lijve gezien, laat staan geroken. En dan toch een hekel aan het dier hebben! Het kan. Zo heb ik last van het vooroordeel: dikke vrouwen zijn gemeen. Ik noem het maar gemakshalve een vooroordeel, om een beetje zelfkennis te suggereren. Dat werkt meestal wel. “Die jongen kent zichzelf, hij zal wel superintelligent zijn, laten we dus maar goed naar hem luisteren.”
Enfin. Dikke vrouwen zijn volgens mij dus gemeen. Ik bedoel natuurlijk niet de enigszins mollige vrouwen, die kunnen best charmant zijn; ik doel op de in lakens gewikkelde vleesklompen die nauwelijks nog kunnen lopen – maar dat helaas tegen alle natuurwetten in tóch blijven proberen. Door en door gemeen zijn die. Waar die gemeenheid vandaan komt? Natuurlijk heb ik daar de nodige psychologische verklaringen voor, maar die laat ik in mijn eerste column liever achterwege. Ik moet eerst ‘een band opbouwen met mijn publiek’. Zodat mijn doortimmerde inzichten niet koud op Uw dak vallen.
De oogst tot nu toe: kamelen, castratie, vooroordelen (inderdaad, cliffhanger nummer drie). “Waar gaat deze column in godsnaam naartoe?” zult U misschien denken. Geduld, Beste Lezer, even doorzetten! Een beloning zal U ten deel vallen! Maar eerst wil ik nog iets kwijt over dikke vrouwen, of liever gezegd vette vrouwen (dat allitereert tenminste): ik ben er namelijk werkelijk bang voor. Ik ontloop ze, mijd ze, ren voor ze weg. Zelfs in mijn dromen! Dat zegt wel iets, lijkt mij. Waarom ik dit schrijf? Om de doodsimpele reden dat de mogelijkheid bestaat dat zich vette vrouwen onder mijn lezers bevinden. Tegen hen wil ik zeggen: blijf alsjeblieft uit mijn buurt!
1. Kamelen. 2. Castratie 3. Vooroordelen. De oplettende lezer had natuurlijk allang in de gaten waar ik heen wil: ‘The story of the weeping camel’. Uit de pers, kort en bondig samengevat: kameel (1) krijgt kleintje. Kleintje wil melk drinken, maar moeder verstoot haar baby (2). Kleintje dreigt te sterven. Zigeunermuziek brengt moeder tot inkeer (3). Kleintje drinkt. Moeder kameel huilt. Eind goed. Al goed.
Een paar maanden geleden draaide deze film in Tilburg – eerst in Cinecitta, daarna in de Filmfoyer. Een echte film-huis-hit dus. Van verschillende kanten werd ik uitgenodigd om mee te gaan naar dit “ontroerende meesterwerk”, “uit Iran”. Zoals bijna altijd luisterde ik naar mijn gevoel. In dit geval zei het: “Niet doen, het is een saaie kutfilm – herinner je je nog die Salzmänner von Tibet?” Gehoorzaam luisterde ik naar deze wijze woorden en ging dus niet mee.
Afgelopen week stond ik op een regenachtige avond in de videotheek. Welke film zou ik meenemen om mijn eenzaamheid te verlichten? Na enig neurotisch geschuifel langs de kasten stuitte ik op de ietwat dommige blik van een huilende kameel. “Laten staan!” zei mijn gevoel. “Neem mee!” zei mijn masochistische ik. Aangezien ik die dag wel wat straf verdiende, nam ik de dvd uit het rek en liep ermee naar de kassa. SHIT! Achter de toonbank ‘stond’ een moddervet wijf!!! Ik liet de dvd vallen en rende in paniek de videotheek uit…Thuis heb ik nog een uur gehuild. Tja, je hebt van die avonden.
Ja, daar schrikt U van! Het leed van anderen laat je nu eenmaal niet onberoerd. Ook U niet, hoe wreed U soms ook kunt zijn – ja, U weet wel wat ik bedoel! Laat ik mijn eerste column daarom in stijl eindigen; een stukje poëzie om U, de Meelevende Lezer weer een beetje te kalmeren:
Ik kan
Dikke wijven
Niet hebben
Uw lijven