Geplaatst

LEGENDARISCHE SCHRIJFSTER BENOÎTE GROULT IN TILBURG

Daar was ze dan. Een kleine, ietwat kromme gestalte, met ogen die gretig de wereld in kijken en een lach van verwondering. De levenslust straalt van haar af, ook al is ze bijna 88. Van de boeken die ze schreef, werden er negen in het Nederlands vertaald, het laatst Uit liefde voor het leven. Twee boeken vestigden haar naam: Zout op mijn huid en Een eigen gezicht. Er gingen van Zout op mijn huid honderdduizenden exemplaren over de toonbank.

Het komt zelden voor dat een boekhandel een buitenlandse auteur uitnodigt. Lezers vinden een auteur die geen Nederlands spreekt, algauw te moeilijk. Of de kosten om haar of hem naar Nederland te halen, zijn te hoog. Selexys Gianotten deed het, en zo konden 250 belangstellenden Benoîte Groult met een staande ovatie begroeten toen ze het zaaltje van het klooster van de Zusters van Liefde op de Oude Dijk in Tilburg betrad.

‘We wilden voor deze gelegenheid een ongewone lokatie kiezen,’ verklaarde Marlous Mutsaerts van Selexys Gianotten. ‘Het thema van de boekenweek is "Van oude mensen…" en in dit klooster wonnen uitsluitend oude zusters.’ Groult was het met Mutsaerts eens dat de plek ongewoon was. ‘Ik had moeite om hier naar binnen te lopen,’ zei ze. ‘Een vrouwenklooster staat symbool voor de ongelijkheid tussen man en vrouw in de kerk. Toen ik kind was, mocht geen man het gebouw betreden waar ik een katholieke opvoeding ontving. Behalve één: een priester, die de mis kwam lezen. Waarom mocht geen van de 400 vrouwen die dagelijks in het gebouw verbleven, die mis lezen? Wat was er fout aan die vrouwen?’

Dit onderwerp, de positie van de vrouw en Groults missie als feministe, kwam uitvoerig aan bod in het vraaggesprek dat afgenomen werd door lerares Engels Marion Verwey. Als jong meisje was ze er zich al van bewust dat een en ander niet klopte als het om de positie van vrouwen ging. Voordat ze haar ideeën daarover in woorden kon vangen, ging er evenwel nog veel tijd voorbij. Het socialisme van De Beauvoir moest doorgeploegd worden alvorens duidelijk werd dat de gelijkwaardigheid van de sexen vanuit het feminisme bevochten moest worden.

Haar dochters hingen als vanzelfsprekend het feminisme aan – ‘Wij waren heel close’ -, haar kleindochters niet. ‘Een kleindochter, 24 jaar oud, recensente, heeft nog nooit een boek van mij gelezen. Oude mensen zijn niet interessant voor de jeugd. Jongeren realiseren zich niet dat wat zij nu zo vanzelfsprekend vinden, bevochten moest worden in de afgelopen eeuw. En dat er nog zo veel te bevechten is, en dat hier en daar ook weer begint af te brokkelen wat verworven is. We moeten alert blijven.’

Ze weigert zich oma te laten noemen, haar kleinkinderen noemen haar Benoîte. Deze naam, Benoîte (Benedictus), is een jongensnaam. Haar ouders hoopten waarschijnlijk op een zoon en hebben haar toen Benoîte Rosie genoemd. Vervolgens werd zij altijd Rosie genoemd. Toen zij bij het uitreiken van haar baccalaureaat naar voren werd geroepen als Benoîte Groult, is zij die naam voor het eerst gaan gebruiken.

Groult is nog steeds voorvechtster van het gebruik van vrouwelijke benamingen in de Franse titulatuur. – Interessant is dat feministes in Nederland juist pleibezorger (pleitbezorgster?) waren van het gebruik van alleen mannelijke functie-aanduidingen, ook voor vrouwen. Wat in Nederland als progressief werd (wordt) beschouwd, ziet Groult als achterstelling. –

Dat Groults schrijverschap, geplaatst in een breder kader en niet gekoppeld aan het feminisme, nauwelijks ter sprake kwam in het gesprek, was jammer. De vraagstelling van interviewster M. Verwey was te eenzijdig, Groult kreeg niet de gelegenheid iets wezenlijks over haar romans en de achtergronden daarvan te vertellen.

Toch was het een onvergetelijke belevenis om getuige te zijn van de aanwezigheid van deze bijzondere schrijfster die zulke heldere en moedige boeken schreef, romans die op het moment van verschijnen al tot de wereldliteratuur behoorden. Over Zout op mijn huid zei een aanwezige in de wandelgangen: ‘Toen ik dat boek gelezen had, wilde ik één ding: een liefde beleven zoals in dat boek beschreven stond.’ ‘En is dat gelukt?’ ‘Ja.’

Benoîte Groult heeft voor veel vrouwen de deur geopend naar zelfbewustzijn en de liefde. Een andere liefde weliswaar dan waarvoor de Zuster van Liefde zich geroepen voelen.

Opvallend was de leeftijd van de aanwezigen. Er was niemand te bespeuren die jonger was dan 40, de gemiddelde leeftijd was 60. De populariteit van Groult is dus beperkt gebleven tot de generatie lezers die 40 jaar en ouder was op het moment dat Zout op mijn huid en Een eigen gezicht in Nederlandse vertaling verschenen. De generatie daarna heeft zich blijkbaar niet meer aangesproken gevoeld door de thematiek van beide boeken. Daar kan opnieuw uit worden opgemaakt dat de actualiteit van een literaire bestseller bijna even snel vervliegt als een scheut parfum op een zakdoek. De jongeren van toen en die van nu hebben hun eigen seksuele iconen. Zout op mijn huid was een boek dat door zijn thematiek veertigjaren op het lijf was geschreven, zoals dat ook het geval is met de thematiek van de onlangs verschenen film Lady Chatterly. Jongeren hadden toen en hebben ook nu niks met de seksualiteit die boek en film – op een prachtige manier – laten zien. Jongeren opereren al decennia in een wereld waar literatuur hoogstens een vluchtig randverschijnsel is.

 

Zie voor informatie over Benoîte Groult en haar vertaalde werk: http://www.benoitegroult.nl/

 

Alle berichten van deze auteur

Reacties

Eén reactie op “LEGENDARISCHE SCHRIJFSTER BENOÎTE GROULT IN TILBURG”

  1. paul van est avatar
    paul van est

    @ de laatste paar regels:

    Toen ik jong was, las ik toch ruim 100 literaire werken per jaar, niet vluchtig, wel aan de rand. Ik was in mijn omgeving geen uitzondering. Dat is geen decennia geleden, vooruit dan, bijna 2.
    Ik weet niet wanneer Jasper Mikkers jong was, maar vroeger was de literatuur en zeer zeker de aandacht daarvoor volgens hem minder vluchtig en minder aan de rand.

    Er is volgens mij in de wereld erg breed en ik denk zelfs een groeiende aandacht voor literatuur. Dat deze in de overheersende vluchtige media als TV, radio en de (in meerdere mate vervluchtigende) gedrukte dag- en weekbladen weinig aandacht krijgt, doet niets af aan het zeker geen randverschijnsel zijn van de literatuur in de wereld. Althans, dat is mijn observatie.

    Ga zo door Jasper, blijf wijzen op belang en schoonheid van proza en po